• fr
  • nl
  • de
  • Steun de Stiching
  • fr
  • nl
  • de
  • Terug naar alle projecten

    Faro. Geweldloos verzet en nieuwe autoriteit in Brusselse scholen

    VCLB Pieter Breughel Molenbeek

    2016

    Initiatiefnemers

    FARO werd als project ingediend in 2016 en is een samenwerking tussen het VCLB Pieter Breughel (Brussel) en PAika, de afdeling kinderpsychiatrie van het UZ Brussel. Brusselse scholen (basis- en secundair onderwijs) kunnen zich kandidaat stellen voor het project.

    Beginsituatie

    FARO richt zich naar scholen in een grootstedelijke context.  Het VCLB Pieter Breughel CLB begeleidt in totaal 110 Brusselse scholen en 30.346 leerlingen. De overgrote meerderheid van de leerlingen zijn GOK-leerlingen.

    De veiligheid van de school heeft een enorme impact op geestelijke gezondheid van jongeren. Pesten, vernederingen, agressie en escalatie van straffen leiden voor leerlingen èn leerkrachten tot schooluitval, depressie, burn-out en suïcidaliteit.

    Bij de start kon het project rekenen op subsidies van het Rode Neuzen Fonds van de Koning Boudewijnstichting. 

    Doelstelling en concretisering

    FARO is een samenwerkingsproject tussen het CLB Pieter Breughel en PAika, de afdeling kinderpsychiatrie van het UZ Brussel. FARO wil de expertise uit de gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg rond Geweldloos Verzet brengen naar kinderen en jongeren in Brusselse scholen. Hierbij wordt traditionele autoriteit, gebaseerd op angst en macht, vervangen door Nieuwe Autoriteit, gebaseerd op aanwezigheid, ontwikkelen van netwerken en verzet zonder geweld.  Leerkrachten krijgen samen met ouders hulpmiddelen vanuit de methodiek Geweldloos Verzet en Nieuwe Autoriteit aangereikt. Zo zorgen ze voor een krachtig en positief schoolklimaat waar ook psychisch kwetsbare jongeren veilig zijn.

    Omdat er met een bewezen methode wordt gewerkt aan positievere relaties op school en een vermindering van gedragsproblemen, verwachten de initiatiefnemers een vermindering te zien van schorsingen, definitieve uitsluitingen, ongewettigde afwezigheden, schoolmoeheid, burn-out bij leerkrachten en op termijn de hoge ongekwalificeerde uitstroom in Brussel te kunnen verminderen.

    Elk jaar worden 4 à 6 scholen intens begeleid.  De reeds deelnemende scholen worden opgevolgd via zes intervisies per schooljaar en het aanbod van 50 uren coaching op maat door een FARO-medewerker. Alle scholen in de regio Brussel kunnen zich kandidaat stellen, na een gesprek wordt een selectie gemaakt.

    De methodiek van Geweldloos Verzet bestaat uit een geheel van attitudes die door middel van concrete acties ingeoefend worden. Deze acties bestaan ofwel uit een positief gebaar naar leerlingen en/of ouders, ofwel uit een vorm van geweldloos verzet tegenover grensoverschrijdend of agressief gedrag.

    Medewerkers van FARO leren het schoolteam deze acties en attitudes aan tijdens de startvergadering, een tweedaagse vorming en pedagogische studiedagen. Zij begeleiden hen bij de uitvoering en waken over de integriteit van de methodiek. Bij lagere scholen wordt het volledig schoolteam betrokken; bij secundaire scholen wordt er gewerkt met een groep van 30 leerkrachten en ondersteunend personeel die samen een samenhangend geheel van klassen (bv. een bepaalde graad) begeleiden.

    Ouders worden uitgenodigd op vormingsmomenten en gemotiveerd om te participeren in het steunnetwerk. Elke dag is een wisselend team van drie personen beschikbaar (leerkracht, ondersteunend personeel, ouders, medewerker FARO) waarop leerkrachten beroep kunnen doen voor hun interventies naar jongeren toe.

    Wekelijks komen leerkrachten één uur samen om acties van de voorbije en komende week te bespreken en feedback van leerlingen, ouders en collega’s te delen. Op deze vergaderingen wordt ook telkens een specifieke techniek of actie van geweldloos verzet besproken. Zo komt in de loop van het schooljaar een hele waaier van mogelijke acties en interventies aan bod.

    Alle scholen die aan het project participeren/participeerden komen zes keer per schooljaar samen voor intervisie en ervaringsuitwisseling.  Er wordt gevraagd dat maximum drie mensen per school aanwezig zijn. Aan sommige intervisies nemen ook medewerkers van het reguliere CLB deel.

    Voor de ouders worden twee infomomenten -met tolk- georganiseerd; één overdag en één ’s avonds. Er is ook veel telefonisch contact met de ouders.

    Het FARO-project en de achterliggende visie werd/wordt op meerdere vormingsmomenten en studiedagen toegelicht. Hierdoor kent het project na een paar jaar werking reeds ruime uitstraling en een sneeuwbaleffect. Zo stellen zich meerdere scholen kandidaat, loopt er een ander samenwerkingsproject tussen UZ-Brussel en de Brusselse CLB’s en vragen de CLB’s van andere netten om betrokken te worden.

    Geboekte vooruitgang

    Het project laat zich voelen bij de leerkrachten. Zij rapporteren een grotere openheid om onderling over gedragsproblemen en onveiligheid te spreken, zij steunen elkaar meer en werken als team beter samen. Bij probleemgedrag van leerlingen reageren zij positiever, werken meer samen en verwijzen minder door naar directie en zorgleerkracht.

    Scholen geven aan dat door de nieuwe aanpak er minder schorsingen zijn, het schoolklimaat verbetert en er in een school een burn-out bij een leerkracht voorkomen werd.

    Ouders die niet geweldloos opvoeden vinden in de nieuwe autoriteit toch een manier van werken.

    Niet verwachte effecten

    In de reguliere CLB-werking vindt de specifieke mindset van Geweldloos Verzet en Nieuwe Autoriteit meer en meer ingang. Collega’s maken spontaan de vertaalslag van de methodiek in de bespreking van hun casussen met elkaar, scholen, ouders en jongeren.

    Hefbomen en moeilijkheden

    De hefbomen van dit project is de deskundigheid van de initiatiefnemers inzake visie en ervaringen rond Geweldloos Verzet. Het project werd degelijk voorbereid en planmatig aangepakt. De samenwerking met externe partners als Abrusco (o.a. jongerencoaching Brussel) en Rails (CGGZ) verhogen de kans op succes.

    Het project kent ook een aantal moeilijkheden:

    – het is voor scholen een zoektocht om voldoende tijd en middelen vrij te maken voor het project;

    – de mobiliteit bij de leerkrachten. De nieuwe leerkrachten die de vorming niet kregen sluiten aan bij de tweedaagse vorming die in een andere school wordt gegeven;

    – het FARO-team kende personeelswissels tijdens de verschillende projectjaren. Nieuwe FARO-medewerkers dienden zich in te werken;

    – aanvankelijk was een wetenschappelijk onderzoek gepland. Er werd geen doctoraatsstudent gevonden, wel werd er in tweede werkjaar een bachelorsproef geschreven. Men blijft zoeken naar wetenschappelijke ondersteuning.

    Voortzetting van project

    Op het einde van het derde werkjaar, schooljaar 2018-2019, werd het project stopgezet. Een belangrijke subsidieverstrekker viel weg voor het komend jaar en de opdracht van het CLB wijzigde. Het nieuwe decreet leerlingenbegeleiding (decreet van 27 april 2018) stelt dat de schoolondersteuning een exclusieve taak wordt van de pedagogische begeleidingsdienst (PBD) en niet van het CLB. De Raad van Bestuur van het VCLB besliste om het project stop te zetten. Hierdoor kon het project niet verder implementeren in de scholen. Wel wordt de visie en methodiek verder aangehouden binnen het CLB en zullen CLB-medewerkers deze visie en methodiek via hun reguliere werking ook laten landen in scholen.

    Huidige contactgegevens

    – VCLB Pieter Breughel, Opzichterstraat, 84, te 1080 Sint-Jans-Molenbeek.  Tel.: 02/5123005, emailadres: faro@vclb-pieterbreughel.be

    Contactpersoon: Elisabet Campforts – e.campforts@vclbpb.be

    UZ BRUSSEL – PAIKA:Laarbeeklaan 101, 1090 Jette.

    Contactpersoon: Edward Campfort – edward.campforts@uzbrussel.be

    https://www.faroproject.be/algemeen

    Terug naar alle projecten